Hoofd zijn bij een bedrijf, vereniging of korps brengt veel verantwoordelijkheden met zich mee. Een daarvan is hoe jij overkomt als autoritair persoon. Een van de belangrijkste aspecten die aangeven wat jij voor baas of directeur bent, is je werkplek. Oftewel, je directiekantoor.
Functioneringsgesprekken, bezoekjes van belangrijke partners of inspecteurs, en zelfs kleinere vergaderingen of meetings – meerdere malen moet jij mensen uitnodigen in jouw kantoor. Hiermee is dit niet alleen jouw werkruimte, maar ook een belangrijk visitekaartje van je bedrijf én een directe representatie van hoe jij bent als leidend persoon. Kortom: je directiekantoor moet een bepaalde uitstraling hebben. Maar wat voor uitstraling dan?
Bij binnenkomst moet jouw directiekantoor direct laten zien wie jij bent, maar ook dat de gast welkom is. Een belangrijke factor die hier invloed op uitoefent, is je directiemeubilair. Ten eerste de plaatsing: zodra iemand binnenkomt, dient hij of zij je direct aan te kunnen kijken. Plaats je bureau en bureaustoel dus naar de deur gericht.
Ook de plaatsing van je andere meubilair heeft invloed. Staat er al direct een stoel aan je bureau voor je gast om plaats aan te nemen, dan oogt dat een stuk gastvrijer dan wanneer hij of zij zelf een stoel moet pakken van de vergadertafel in de hoek. De vergadertafel zelf dient overig ook dusdanig in beeld te staan dat de andere persoon er met een open gevoel aan plaatsneemt. In een donker hoekje is dus bijvoorbeeld erg af te raden.
Niet alleen de plaatsing, maar ook het soort meubilair dat je hebt staan, bepaalt de indruk die men van je krijgt. Heb je kunststof stoelen voor je gasten, dan oogt het alsof jij een lagere dunk van ze hebt. Hebben ze precies dezelfde stoel als jij, dan lijk je je meer op één lijn met ze te voelen. Dat is niet iets ergs, maar wel iets wat jij moet willen of niet.
Het bureau zelf oogt warmer, en tegelijk professioneler, als je voor hout gaat. Is je bureau ook nog eens groot en robuust, dan oogt dit statiger, maar ook stoerder. Ergonomische stoelen voor zowel jezelf als je gasten, maken duidelijk dat je het comfort van hen belangrijk vindt en een vergadertafel die iedereen genoeg ruimte geeft om aan te zitten, laten zien dat je ieders plek serieus neemt.
Minstens zo belangrijk voor de eerste indruk als je meubilair, is je aankleding. Veel “onnodige” prullaria worden minder snel serieus genomen dan bijvoorbeeld een rustig ogend schilderij of ingelijste certificaten. Daarnaast zijn planten en warme verlichting cruciaal voor een warme, welkome uitstraling en kunnen professionele boeken in je kast niet ontbreken om te laten zien dat jij weet waar jij het over hebt.
Enkele persoonlijke zaken, zoals een familiefoto, maken duidelijk dat ook jij gewoon een mens bent, waar te veel persoonlijke spullen de indruk wekken dat jij privé en werk minder goed onderscheiden kunt. Zaken als antiek of een drinkkaraf zijn vaak te vinden in een directiekantoor omdat deze geld en status aanduiden. Staan er ook meerdere drinkglazen bij je karaf, dan laat je daar ook nog eens bij zien dat jij je gast met open armen ontvangt.
De kleuren die je in je kantoor wil hebben, zijn natuurlijk geheel persoonlijk, maar ook dat kan verschil uitmaken in hoe iemand bij je naar binnenkomt: rood, oranje en geel zijn warm, maar in overvloed schreeuwerig. Grijs, blauw en metaalgroen zijn kalm, maar kunnen ook erg kil en koud zijn. Zwart en wit zijn strak en modern, maar creëren in grotere mate een afstandelijke, veel te zakelijke indruk. Groen, bruin en hout zijn natuurlijk, maar gebruik je dit te veel, dan lijkt je kantoor meer op een buitenruimte.
Aan te raden is om één of twee neutrale basiskleuren te gebruiken, zoals zwart, grijs, wit, bruin of hout, en deze aan te kleden met één of twee kleuren die de ruimte meer persoonlijkheid geven. Aan te raden zijn bordeauxrood voor warmte, donkerpaars voor gezelligheid, marineblauw voor status, mosgroen voor rust, of oranjebruin voor huiselijkheid.